Veelgestelde vragen (F.A.Q.)
- Het ‘besmettingsrisico’ is de berekende waarschijnlijkheid van een besmetting bij 1 besmette bron in de ruimte.
- Het model gaat uit van 1 besmette bron in de ruimte. Bij een besmettingsrisico van 5% en 100 personen in de ruimte worden er gemiddeld 5 personen besmet.
- Dit is geen deterministische voorspelling, er wordt gebruik gemaakt van modellen die de waarschijnlijkheid berekenen. Die kun je niet zomaar op één individueel geval toepassen als ware het een voorspelling die ook daadwerkelijk zal uitkomen.
De waarschijnlijkheid dat er een besmet iemand aanwezig is, kan misschien klein zijn, maar vergelijk het eens met brand in een gebouw. Als er brand is, wil je de risico’s zoveel mogelijk beperken. Vergelijk de risico-taxatie daarom met de situatie: ‘er is brand’ / ‘er is een besmet iemand’, in beide gevallen wil je de risico’s redelijkerwijs beperken.
Tot en met 1%: groen; vanaf 1% en tot en met 5%: oranje; boven de 5%: rood. De 1% procents-grens wordt ook toegepast in wetenschappelijke artikelen die gebruik maken van deze rekenmethode. De 5% is een praktische inschatting om enige nuance tussen groen en rood aan te brengen. Maar net zoals bij het verkeerslicht: rijden door oranje is eigenlijk niet de bedoeling. De kleurstelling is ter ondersteuning en geen harde grens. De gebruiker neem zelf een beslissing wat hiermee te doen.
- Het reproductiegetal betreft het aantal mensen dat besmet wordt door één besmettelijke persoon. Dit getal is bijvoorbeeld zichtbaar op het zogenoemde coronadashboard [1].
- Let op: het reproductiegetal R0 zoals gegeven door de rekentool op deze site is enkel van toepassing in de context van deze berekening voor deze specifieke ruimte.
- Met een voorbeeld uitgelegd:
Bij 100 personen op basis van 1,5 m en een berekend besmettingsrisico van 2%, zullen er gemiddeld 2% van de aanwezigen ook besmet raken. Dus bij 100 aanwezigen zouden dat 2 personen zijn. R0 is dan gelijk aan 2. De éne besmette bron heeft 2 andere personen besmet. - De uitkomsten geven dus niet dezelfde waarde als de landelijke optredende waardes zoals gerapporteerd door het RIVM [2] en kunnen niet één-op-één vergeleken worden. In de context van deze website wordt de definitie toegepast zoals gegeven in wetenschappelijke literatuur die ten grondslag ligt aan het rekenmodel [3].
- De waarde betreft geen deterministische voorspelling, er wordt gebruik gemaakt van modellen die de waarschijnlijkheid berekenen. Die kun je niet zomaar op één individueel geval toepassen als ware het een voorspelling die ook daadwerkelijk zal uitkomen.
[1] https://coronadashboard.rijksoverheid.nl/
[2] https://coronadashboard.rijksoverheid.nl/
[3] G. Buonanno, L. Stabile, L. Morawska, Estimation of airborne viral emission: quanta emission rate of SARS-CoV-2 for infection risk assessment, Environment International (2020), doi: https://doi.org/10.1016/j.envint.2020.105794.
Op basis van de vaccinatiegraad en een Nederlands gemiddelde van de vaccinatie-effectiviteit wordt het aantal aanwezigen gecorrigeerd om het mogelijk aantal besmette personen te berekenen (het R-getal). Meenemen van vaccinatie leidt tot een lager R-getal. Het besmettingsrisico blijft gelijk, dit houdt inzicht in het risico voor een (niet-gevaccineerde) bezoeker van de kerkdienst of bijeenkomst.
- Het bouwjaar wordt gebruikt om de natuurlijke toevoer van buitenlucht door kieren en naden van het gebouw in te schatten. Voor gebouwen ouder dan 1945 wordt een natuurlijke verversinggraad toegepast van 1 keer per uur. Voor gebouwen tussen 1945 en 1990 een verversingsgraad van 0,5. Voor nieuwere gebouwen een waarde van 0,2 keer per uur.
- Het is bekend dat oude monumentale kerken ‘zo lek als een mandje’ kunnen zijn. In de loop van de tijd is er steeds meer aandacht voor isolatie en kierdichting. De waardes zijn ontleend aan een ‘educated guess’ op basis van literatuur voor gebouwsimulatie en praktijkervaring met betrekking tot monumentale kerken.
Als de CO2-concentratie lager is dan 900 ppm (of 500 ppm boven de buitenconcentratie), beschouwen we de ruimte als goed geventileerd. In de context van Covid-19 is dit een aanvaardbare waarde om op maatschappelijk vlak de verspreiding van het virus via aerosolen beperkt te houden [1]. 1200 ppm is gangbare ontwerpstandaard voor kerkgebouwen, 1500 ppm komt globaal overeen met de eisen van het Nederlandse Bouwbesluit.
[1] Aanbevelingen voor de praktische implementatie en bewaking van ventilatie en binnenluchtkwaliteit in het kader van COVID-19). Belgische Taskforce Ventilatie Version 2.0, juli 2021Ja, de berekening laat ook het resultaat zien van de CO2-concentratie aan het einde van de dienst. Belangrijk is wel dat de CO2-metingen goed worden uitgevoerd. Dat wil zeggen: met gebruik van geijkte meetapparatuur en op de juiste positie (niet bij open ramen of deuren of toevoer van ventilatielucht). Bij voorkeur ook op meerdere posities. De berekening gaat uit van ideale menging van de ruimte en een start- en buitenluchtconcentratie van 400 ppm. Afwijkingen tussen metingen en berekeningen kunnen hierdoor mogelijk verklaard worden. Bij twijfel kunt u een professional inschakelen.
Er is zeker vraag naar diverse varianten, er is echter voor gekozen deze niet als extra opties aan te bieden. De rekentool gaat uit van literatuurwaardes van koorzangers. Het effect van schreeuwen en spreekkoren wordt niet meegerekend, omdat wij ervan uitgaan dat dit in kerkgebouwen niet voorkomt.
- Vul dan in eerste instantie: 0 m3/uur in. Er wordt dan gerekend met de natuurlijke ventilatie door kieren en naden in het gebouw.
- U kunt vervolgens een CO2-meting laten uitvoeren door een professional, die kan de ventilatiecapaciteit hieruit afleiden.
Dat is niet zo eenvoudig te zeggen. Het maakt uit of het een winderige dag is aan de rand van een dorp in Zeeland, of dat het een stille zomerdag is, hartje Amsterdam. Ook als het kouder is, zitten kerkgangers niet graag op de tocht en is het niet aantrekkelijk ramen en deuren open te houden. Kortom, het effect hangt sterk af van de omstandigheden en daarom is het ook niet als optie in de rekentool van de website opgenomen. Het tegen elkaar open zetten van ramen en deuren kan ook leiden tot luchtstromingen van persoon tot persoon. Dit kan bijdragen aan de overdracht van het coronavirus. Na de dienst of samenkomst is het tegen elkaar open zetten van ramen en deuren een effectief middel om te ‘luchten’.
Verwarming in de kerk zorgt voor luchtcirculatie, sterker nog als er personen in de kerk aanwezig zijn, dan zorgen deze personen dat hun warmte naar boven afgegeven wordt en dan gaat de lucht weer via de wanden naar beneden. Hierdoor ontstaat er beperkte luchtcirculatie, ongeacht de soort verwarming. In ruimten met vloerverwarming en radiatoren zorgen de warmtebronnen voor een matige luchtcirculatie. Bij luchtverwarming ontstaat veel luchtcirculatie met name bij de opwarming. In geval van veel luchtcirculatie kunnen de luchtstromen bijdragen aan de overdracht van het virus van mens tot mens. Om dit te vermijden, wordt aanbevolen om de luchtverwarming te gebruiken voor de opwarming van de kerk en tijdens de dienst de inzet van de luchtverwarming zo beperkt mogelijk te houden.
In een aantal gevallen is er behoefte aan extra zekerheid. Komt er bijvoorbeeld in oude kerken zonder mechanische ventilatie echt genoeg lucht binnen door kieren en naden? Of klopt de ventilatiehoeveelheid op de tekening wel? Meer zekerheid kun je krijgen door metingen door een specialist te laten uitvoeren. De hoeveelheid luchtverversing kan gecontroleerd worden met het CO2-niveau. Ieder mens ademt CO2 uit, waardoor het CO2-gehalte in de ruimte stijgt, afhankelijk van het volume van de ruimte en het aantal personen. De toevoer van verse buitenlucht zorgt ervoor dat het CO2-gehalte minder snel stijgt. Door de CO2 te meten kun je controleren of dit ook inderdaad gebeurt. Een specialist kan uit metingen van het CO2-gehalte de ventilatiehoeveelheid afleiden.
- Door de invoerwaardes te variëren krijgt u een eerste indruk hoe gevoelig het eindantwoord is voor wat u invoert. Voer bijvoorbeeld ook eens 50% van de ventilatiecapaciteit in. Wees hier echt kritisch op. Veel systemen worden teruggeschroefd vanwege geluidsoverlast van de ventilatie of tocht. Bij twijfel: raadpleeg een professional en vul in eerste instantie 0 m3/h aan mechanische ventilatie in.
- Als er sprake is van een energiebesparende optie in de software van de gebouwinstallatie die automatisch de ventilatiehoeveelheid terugbrengt op basis van de luchtkwaliteit, zet deze dan uit. Zet de capaciteit van de ventilatie op 100%.
- De formele wetenschappelijke verantwoorde onderbouwing van de onzekerheidsmarges valt buiten het kader van deze website.
- Het model gaat uit van een uniforme verdeling van de aerosolen in de ruimte (ideale menging).
- Voor hoge ruimtes kan er gelaagdheid optreden. Dit is niet meegenomen in de berekening, maar kan wel een gunstig effect hebben, evenals het toepassen van zogenoemde verdringingsventilatie.
- Zeer locale effecten, bijvoorbeeld van een besmet iemand vlak bij een ventilatie-opening, zijn niet meegenomen.
Voor andere type ruimtes wordt verwezen naar de tool van het Masterplan Ventilatie
Het evalueren van besmettingsgevallen is werk voor professionals. Er is geen sprake van een deterministisch model, zie de toelichting bij het besmettingsrisico en de R0-waarde.
- Dit interval is sterk afhankelijk van de mate van de toe te passen ventilatie. Als de kerkzaal optimaal kruiselings geventileerd kan worden door het openen van ramen en deuren tegen over elkaar volstaat in theorie ca. 30 minuten.
- Wij adviseren een veiligheid in te bouwen door tussen twee diensten door minimaal eenzelfde tijd actief te ventileren als dat de dienst/bijeenkomst geduurd heeft (met een minimum van een uur).
- Als u beperkt kunt ventileren bijvoorbeeld doordat er alleen aan een zijde openingen te kunnen gebruiken zijn dan adviseren wij een interval van minimaal 4,5 uur.
- Wel adviseren wij om alle onderdelen die aangeraakt worden door meerdere mensen zoals handgrepen, knopjes, toetsenborden en sanitair tussen door te ontsmetten, net als alle andere maatregelen die het RIVM ook adviseert.